Ed de Koning, mede-eigenaar van Ceyes Joland Slangen, accountmanager bij het Ontwikkelbedrijf Greenport Venlo Fotografie: Jeroen Kuit

Als motor van de economie moet het mkb kunnen blijven groeien. Die ruimte vindt het mkb op het Greenport Business Park. Ontwikkelbedrijf Greenport Venlo begeleidt het volledige vestigingsproces. Zo ook dat van Ceyes. De startup opende onlangs een circulaire productiehub, prachtig ingebed in de natuurrijke omgeving.

Door Wesley Hegge

Vanwege de omvang van de bedrijfspanden op Trade Port Noord lijkt de economie van Venlo haast uitsluitend te draaien op de logistiek. Het wordt nog wel eens vergeten hoe krachtig de rol van het midden- en kleinbedrijf (mkb) is. Het is belangrijk om ook deze steunpilaar van de economie letterlijk de ruimte te geven om te groeien.

Greenport begeleidt vestigingsproces
Daarom is aan de rand van de A73 in een natuurlijke entourage Greenport Business Park ingericht. “We hebben diverse bedrijventerreinen zoals het Agri Business Park, Trade Port Noord en dit Greenport Business Park”, zegt Joland Slangen, accountmanager bij Greenport Venlo Ontwikkelbedrijf. “Elk terrein heeft eigen unieke kenmerken. Greenport Business Park ligt aan de afslag van de A73 en dicht bij de Brightlands Campus Greenport Venlo.”

Bouwgrond in Venlo is schaars. De vraag is dan ook groot. Hoewel momenteel veel grond braak ligt, komen achter de schermen veel plannen in een stroomversnelling. Slangen: “De kavels zijn maximaal twee hectare en vrij verkavelbaar. Bedrijven die een relatie hebben met de campus en zich richten op gezonde voeding, future farming en bio-circulaire economie zijn bij voorkeur welkom op het Greenport Business Park. Ceyes is daar een goed voorbeeld van.”

Ontwikkelbedrijf Greenport Venlo verkoopt niet alleen de gronden, maar begeleidt ook het vestigingsproces. Het Ontwikkelbedrijf is de schakel tussen de klant en de gemeente en andere partijen. “Het hele bouwproces begeleiden we, van idee-uitwerking in een bouwplan tot de vergunningsaanvraag en het bouwrijp opleveren van de kavel. Ontzorgen staat centraal.”

Circulaire panelen van Ceyes
Ceyes is een van de eerste bedrijven die geland is. In de productiehub van de Haarlemse startup wordt rubber van oude kunstgrasvelden getransformeerd tot zogeheten RPR-panelen die ingezet kunnen worden voor het aanleggen van groene daken, waterbuffering in de infrastructuur en fijnstof absorberende geluidswallen. Per jaar produceren vijftien tot twintig medewerkers circa 100.000 vierkante meter rubber panelen.

Mede-eigenaar Ed de Koning bedacht het concept in 2016 samen met zijn compagnon Leo van Dongen. De Koning meldde zich een jaar later bij Ontwikkelbedrijf Greenport Venlo. “Ik kijk terug op een proces dat soepel verlopen is. Een totaal nieuw concept neerzetten zoals wij gedaan hebben, kost tijd. Dankzij de samenwerking met Ontwikkelbedrijf Greenport Venlo is alles gegaan zoals we wilden. Met name de korte lijnen met de gemeente zijn waardevol.”

 

De productiehub bestaat uit semi-mobiele containers. Slangen: “Samen hebben we gekeken hoe we de productiehub konden inpassen in de omgeving, op basis van onze gebiedsvisie. Niet alleen het product dat Ceyes maakt is honderd procent duurzaam, omdat het twee keer zolang meegaat als dergelijke plastic panelen en bovendien volledig gerecycled kan worden. Ook de hub is volgens circulaire principes gebouwd, met herbruikbare materialen, buffering van hemelwater en het dak kan voorzien worden van zonnepanelen.”

Lokaal
Er is veel interesse in de producten. De Koning: “We werken met lokaal verkregen restproducten en passen deze lokaal toe. Het lokale aspect is cruciaal bij circulariteit. Het is niet meer van deze tijd om dit soort producten uit China te importeren. We lopen voorop in een nieuwe economie. De productiehub dient als proeffabriek. Het dak van het kantoorgebouw richten we in als experience center.” Aan de zijlijn blijft Slangen betrokken. Hij heeft nog een tip voor De Koning: “Binnenkort komt verderop een nieuw bedrijf te liggen, wellicht een idee om eens te praten over de innovatieve mogelijkheden die jullie bieden op het vlak van waterbuffering onder bestrating?”